Instellingen voor Bluetooth-verbindingen
Selecteer >
Instellingen
>
Connect.
>
Bluetooth
.
Bluetooth
- Hiermee kunt u Bluetooth-verbindingen in- of uitschakelen.
Waarneembaarh. tel.
>
Waarneembaar
- Hiermee staat u toe dat uw
apparaat altijd kan worden gevonden door andere apparaten die een
Bluetooth-verbinding kunnen maken. Selecteer
Periode opgeven
als
u wilt toestaan dat uw apparaat gedurende een gedefinieerde periode
kan worden gevonden. Om veiligheidsredenen wordt u aangeraden zoveel
mogelijk de modus
Verborgen
te gebruiken.
Naam van mijn telef.
- Hiermee geeft u een naam op voor uw apparaat.
Externe SIM-modus
>
Aan
- Hiermee kan een ander apparaat, zoals een carkit,
de SIM-kaart van uw apparaat via Bluetooth-technologie (SIM-toegangsprofiel)
gebruiken.
Als het draadloze apparaat in de externe SIM-modus staat, kunt u alleen via
een compatibele en aangesloten uitbreiding, zoals een carkit, gesprekken voeren of
ontvangen. U kunt in deze modus geen nummers kiezen met uw draadloze apparaat,
behalve de alarmnummers die in het apparaat zijn geprogrammeerd. Als u wilt bellen met
uw apparaat, moet u eerst de externe SIM-modus verlaten. Als het apparaat is vergrendeld,
moet u eerst de beveiligingscode invoeren om deze te ontgrendelen.